Minimale levering van elektriciteit en aardgas voor wie een budgetmeter heeft
Een budgetmeter kan u helpen om het verbruik van elektriciteit en aardgas onder controle te houden. De Vlaamse overheid regelt voor gezinnen met een budgetmeter bovendien een minimale levering van elektriciteit en aardgas.
De budgetmeter voor elektriciteit levert altijd 10 ampère aan elektriciteit, zelfs als er geen geld staat op uw budgetmeterkaart.
Via een aardgasbudgetmeter is een gegarandeerde minimale levering om technische redenen niet mogelijk. Wie niet oplaadt en ook zijn noodkrediet heeft opgebruikt, dreigt dan geen aardgas meer te hebben. Een gezin met een budgetmeter kan in de winterperiode in aanmerking komen voor financiële steun van de Vlaamse overheid om de aardgasmeter op te laden.
Voorwaarden
- In de winterperiode kunt u via het OCMW een beperkte financiële steun krijgen om uw aardgasbudgetmeter op te laden.
- De winterperiode loopt van 1 november tot 31 maart.
Procedure
Informeer bij het OCMW van uw gemeente of u in aanmerking komt. Het OCMW onderzoekt uw aanvraag en beslist dan of u in aanmerking komt voor de minimale levering aardgas voor uw budgetmeter.
Het OCMW kan ook voorwaarden verbinden aan het geven van de financiële steun (om de budgetmeterkaart op te laden), bijvoorbeeld:
- schuldbegeleiding en schuldafbouw
- maatregelen om het gebruik te verminderen (bijvoorbeeld een energiescan laten uitvoeren)
- een afspraak in verband met de oplading tijdens de niet-winterperiode met het doel vóór de volgende winterperiode een reserve te hebben
- de terugbetaling van een gedeelte van het toegekende bedrag.
Als u in aanmerking komt, dan kunt u om de 14 dagen kunt u een minimale hoeveelheid aardgas opladen voor een bepaald bedrag.
Meebrengen
Bedrag
Het bedrag voor de minimale levering van aardgas is voor de wintermaanden 2020-2021 vastgesteld door de minister van Energie. Het bedrag wordt toegekend per halve maand. Dat bedrag is afhankelijk van het type woning en van uw statuut (bijvoorbeeld 'beschermde afnemer' of niet).
Voor gewone afnemers is het bedrag (in de 'winterperiode' 2020-2021):
- voor een appartement: 24,66 euro per halve maand
- voor een rijhuis of hoekhuis (maximaal 2 open gevels): 34,66 euro per halve maand
- voor een vrijstaand huis of een huis met meer dan 2 open gevels: 41,66 euro per halve maand.
Voor beschermde afnemers is het bedrag (in de 'winterperiode' 2020-2021):
- voor een appartement: 10,66 euro per halve maand
- voor een rijhuis of hoekhuis (maximaal 2 open gevels): 14,66 euro per halve maand
- voor een vrijstaand huis of een huis met meer dan 2 open gevels: 17,66 euro per halve maand.
Het OCMW kan echter een hoger of lager bedrag toekennen.